Savonlinna

We maken een ruime omweg over de oostkant om naar Savonlinna te rijden, in de hoop dat we het merengebied nog eens goed te zien krijgen. Al met al lukt dat wel, maar doorgaans zien we door de bomen het water niet meer (zou een Fins spreekwoord kunnen zijn). Omdat de zon niet schijnt lijkt het een wat saaie dag te worden.

De weg die we gekozen hebben (op de kaart een “gele weg”) is aanvankelijk niet al te best, en op enig moment zelfs onverhard over zo’n 15 kilometer. Dat is nog best te rijden, de lemen grond is hard en zonder gaten — je mag er gewoon 80 rijden.
Verderop is het weer asfalt, en later zelfs splinternieuw: de weghelft naast ons wordt gemaakt terwijl we er langs rijden.

Bij Savonranta staat het verkeer opeens stil, de brug is open! In de verte zien we een duwcombinatie aankomen. Naar Nederlandse begrippen ging de brug wel erg vroeg open, maar het gebeurt kennelijk niet vaak want iedereen stapt uit en maakt foto’s en filmpjes van de gebeurtenis. Wij ook natuurlijk.

In Kerimäki verzamelen we weer een kerk, ook nu bij toeval, omdat we op de jachthaven daar wilden kijken of we er konden overnachten. En wat voor kerk — het is de grootste houten kerk ter wereld. Werkelijk een machtige ruimte, niet erg mooi, wel imposant.

De gastheer/gids die in de kerk aanwezig is heet ons welkom en steekt gelijk van wal. In een wonderlijk mengelmoes van Fins en Engels, met een volume of hij een kerk vol toespreekt, krijgen we informatie en weetjes over de kerk te horen. Toen de kerk ontworpen werd was de eis dat 40% van de gemeente er tegelijk in moest kunnen. Kerimäki had destijds 14.000 inwoners, dus de kerk biedt ruimte aan 5.500 mensen waarvan er 3.600 kunnen zitten.
De kerk werd van 1844-1847 gebouwd. Het gebouw heeft een vrijwel vierkant grondplan van 45 bij 42 meter en is 27 meter hoog, de koepel 37. De kloktoren staat er naast en is 46 meter hoog. Voor de goede orde: onze gids geeft ook de centimeters er nog bij…
De kerk is voor het grootste deel door de inwoners zelf gebouwd. Elke man was verplicht om 100 dagen in te zetten, elke vrouw 50, elk kind 30 en elk paard 20 — dat hebben we tenminste opgemaakt uit het verhaal van de gids.