Riga

We nemen de fiets om Riga te bezoeken. Vanaf de camperplaats moet je dan eerst de rivier over, hoewel je van onze kant het beste zicht op de stad hebt.

We komen er via een grote brug die ons qua vormgeving licht bekend voor komt.

Riga is een grote stad waar bijzonder veel te zien is, ook veel fraais. Omdat we maar een dag hebben richten we ons op drie onderwerpen: de Jugendstil panden in het zg. Stille Centrum, de markthallen achter het spoor en het centraal station en het oude centrum. We maken veel foto’s, een selectie staat hieronder.

De Jugendstil architectuur zie je in de hele stad, maar in bijzonder in de straten Elisabetes iela en de Alberta iela. Dubbelklik een foto om deze in groter formaat te bekijken.

De laatste foto is geen voorbeeld van Jugendstil maar staat wel in de betreffende wijk. Buiten het centrum kom je deze houten huizen vaker tegen, ook nieuwe en doorgaans beter onderhouden.

Als je de Elisabetes iela uitfietst kom je bij het spoor en het station uit. Aan de andere kant van het spoor liggen onder meer de befaamde markthallen. Op fietsers is niet gerekend. Via een gedeeltelijk opgebroken trottoir kunnen we een onderdoorgang voor auto’s gebruiken. Later blijkt dit de enige doorgang te zijn. We kunnen wel weer op andere plaatsen terug het spoor onderdoor, maar raken dan opgesloten in voetgangersgebied dat uitsluitend via trappen is te verlaten. Er zit niets anders op dan dezelfde weg terug te nemen. 
De markthallen vormen de kern van de Centrale Markt, één gigantische markt die, op deze zaterdagmiddag, voor een groot deel ook buiten plaatsvindt.

Binnen zijn het goed ingerichte, vaste open winkels (de term kraam past hier niet), buiten zijn het traditionele marktkramen waarvan de meeste goed van groente, fruit of bloemen zijn voorzien. We zien er ook enkele waarbij de te verkopen waar niet meer  dan een paar doosjes pruimen of bessen, een doosje cantharellen en een bosje uien omvat. Elders staan kramen met schoenen, kleding en/of troep.
De vijf markthallen bieden nu onderdak aan overdekte markten, maar deden in WO I dienst als Zeppelinhangars. Als we het goed begrijpen zijn ze verplaatst van elders (d.i. gedemonteerd en hier weer opgebouwd), en speciaal voor het doel aangepast. In Wikipedia staat hierover:

Tussen 1922 en 1930 werden rond de stalen constructies de muren opgetrokken in art-decostijl, ontworpen door de architecten Pāvils Dreijmanis en P. Pavlov. De hallen waren onderkelderd en voorzien van grote diepvriezers en een systeem met liften en kranen om een ongestoorde aanvoer van de producten mogelijk te maken. Het complex had de beschikking over elektrisch licht en centrale verwarming en behoorde bij de opening in november 1930 tot de modernste overdekte markten ter wereld.

In de directe omgeving maken we een foto van de spoorbruggen, en van een gigantisch gebouw waarin de Letse Academie van Wetenschappen is gehuisvest, maar nog het meest aan een megahotel uit Sovjettijden doet denken. We lazen in dit verband de term “Stalin-gothische” stijl.

 

Tot slot van onze excursie bezoeken we de oude stad. Smalle straatjes, met een kerk of andere bezienswaardigheid op iedere straathoek en overal horeca. Hier is het vooral circus voor de toeristen. We gaan er tamelijk snel doorheen.

 

We sluiten de dag passend af met uitzicht op de stad vanuit een restaurant dat in een oud industrieel complex is gevestigd, op een paar honderd meter van onze camperplaats.