Granada

Het weer in Spanje lijkt eindelijk beter en stabieler te worden, in elk geval in Zuid – en Midden Spanje.
We kunnen onze klimatologische postzegel verlaten.

We rijden naar Granada en beginnen daarmee technisch gezien aan de terugreis. Zonder verdere tegenslag willen we daar nog wel een week of drie, vier over doen. 
 
Op voorspraak van een buurman in Cabo de Gata kiezen we voor de route dwars door de Sierra’s en niet voor een route die goeddeels langs de kust loopt. Buurman heeft niets te veel gezegd, wat een bijzonder ruig landschap. De Sierra Nevada bij Granada is het hoogst – er ligt daar nog vrij veel sneeuw, niet alleen op de pieken boven 3.000 meter. Dichter bij Almería is de Sierra de Los Filabres het droogst en het ruigst. Hier zijn ook de filmdecor dorpjes die gebruikt zijn voor net-echte westerns. 

We rijden over een prima autovia, de A92, maar om ons heen is het soms woestijn en verderop lijkt het een beetje op Zion en Bryce, incl. de rode kleur en de door de winderosie gevormde sculpturen.

In Granada landen we op camping Sierra Nevada — klinkt spectaculair maar het is een stadscamping. Boven de daken zien we wel de besneeuwde hellingen, die we bij een comfortabele 27 C in de gaten houden.